Welke rol kan plantaardig materiaal in de toekomst spelen als basisgrondstof? In Limburg gaat het project Plants 4 Plants op zoek naar manieren om de plant niet alleen in te zetten op het gebied van duurzaamheid, maar ook als aantrekkelijk verdienmodel.
Samenwerking
Plants 4 Plants is een samenwerking tussen de Limburgse Land- en Tuinbouwbond (LLTB) en verschillende lokale partijen. Kennis op het gebied van gebruik, teelt en toepassingen van gewassen wordt bij elkaar gebracht, met als focus het optimaal verwaarden van een gewas en daarbij zowel een financieel als een duurzaamheidsrendement behalen.
LLTB-bestuurder Susanne Görtz benadrukt het belang van samenwerking: “Wanneer met nieuwe gewassen wordt geëxperimenteerd, zien we vaak dat voor de boer en tuinder de uiteindelijke vrucht het belangrijkst is. Maar wellicht doen universiteiten op hetzelfde moment onderzoek naar wat er met de stengels en het loof van de plant allemaal kan. Zoals het gebruik van tomatenloof als grondstof voor papier. Weer andere onderzoekers bekijken welke invloed de wortels van die plant hebben op de kwaliteit van de bodem. Vaak is men niet op de hoogte van elkaars onderzoeken.”
Lange adem
Er wordt niet alleen gekeken naar traditionele gewassen, maar juist ook gezocht naar nieuwe planten. Dat is doorgaans een kwestie van een lange adem. Weinig ervaring met de teelt biedt bij aanvang lage gewasopbrengsten, wat agrariërs doorgaans enigszins terughoudend maakt. Daarnaast is de financiële opbrengst een extra uitdaging. Vaak moet een nieuwe afzetmarkt worden ontwikkeld. De deelnemers aan het Plants 4 Plants project willen op beide terreinen tegelijk aan de slag en zo een doorbraak realiseren.
Afzetkanalen
In de huidige maatschappij, waarin steeds meer vraag is naar plantaardige grondstoffen als alternatief voor minder duurzame fossiele grondstoffen, zijn er steeds meer potentiële afzetkanalen voor onderdelen van bepaalde gewassen. Je moet dan denken aan – naast de vrucht – de wortels, stengels en bladeren. Cellulose-houdende reststromen van planten kunnen bijvoorbeeld prima worden verwerkt tot chemicaliënvrije meubelpanelen. Bepaalde delen van de brandnetel kunnen waarschijnlijk een rol spelen in de biologische gewasbescherming en het diepwortelende Sorghum kan naast kansen voor voeding voor mens en dier mogelijk een bijdrage leveren aan de erosiebestrijding in de Zuid-Limburgse heuvels.
Verdienmodellen
Wanneer er meer marktvelden duidelijk worden voor de verschillende onderdelen van de plant, stijgt de potentie van het gewas direct.
“Als gevolg kan de teelt worden opgeschaald, nemen expertise en opbrengst toe en kunnen duurzame markten beter en sneller worden bediend”, concludeert Görtz. “Gevolg is dat de boer een nieuw perspectief heeft, de industrie een duurzamere grondstof en dat ze gezamenlijk bijdragen aan het realiseren van een meer circulaire (bio-)economie. In feite is dan de vicieuze cirkel omgebogen naar een opwaartse spiraal.”
Teler van de toekomst
De LLTB en zijn leden willen met dit project laten zien voorop te lopen in het zoeken naar cross-overs met overige sectoren en dat ze beantwoorden aan de roep van boer en burger tot een duurzame, toekomstbestendige economie te komen, met daarin een niet weg te denken rol voor de teler van de toekomst. In de praktijk betekent dit de gezamenlijke organisatie van expertmeetings, kennisbijeenkomsten die gekoppeld worden aan demonstraties en experimenten in het veld.
Het project wordt ondersteund met een financiële bijdrage van de Provincie Limburg. Partners van het project zijn: BioTreatCenter, Compas Agro BV, St. Wageningen Research, HAS Hogeschool, Vereniging Innovatief Platteland, Gemeente Venray, Aachen – Maastricht Institute for Biobased Materials (AMIBM), BioBoost en loonbedrijf Gebr. de Boer BV.