Bij de Universiteit Maastricht (UM) vinden onderzoeken plaats om genetisch gemanipuleerd voedsel nog verder op weg te helpen. Op het moment is het manipuleren van voedsel enorm tijdrovend, duur en kent beperkingen. Er is een nieuwe manier om voedsel veel specifieker te manipuleren: de crispr-cas methode.
De crispr-cas is een methode om één enkel element te veranderen in de code van alle levende organismen zoals mens, dier, plant, schimmel, virus en bacterie. Biotechnologen kunnen met de crispr-cas specifieke ziekten en de oorzaken ervan in groente en fruit eruit ‘programmeren’. Vijandige schimmels, virussen en bacteriën kunnen worden tegengehouden, maar ook de smaak of houdbaarheid van een product kan verbeterd worden. Het voordeel van de crispr-cas methode is dat de sector duurzamer wordt en de productiviteit wordt verhoogd. Een voorbeeld is dat een bepaald gewas niet meer zo vaak bespoten te worden om een ziekte preventief tegen te gaan.
UM en Brightlands Campus Greenport Venlo
Het UM werkt aan een nieuwe onderzoeksgroep die de technologie gaat toepassen op de Brightlands Campus Greenport Venlo. De plannen zijn nog niet uitgewerkt, maar het voornemen ligt er wel. Peter Peters, Maastrichtse nanobioloog en hoogleraar van de UM is projectleider van dit onderzoek en nodigt andere onderzoekers in Venlo uit om samen te werken.
Een tegenvaller in dit innovatieve verhaal is dat het Europees hof vorig jaar bepaald heeft dat de crispr-technologie onder dezelfde regels moet opereren als de genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s). Dat betekent verplichte onderzoeken die enorm kostbaar, tijdrovend en onnodig zijn volgens experts uit de sector en wetenschap. Ook Nederland heeft de deur vooralsnog op een kier gezet voor deze nieuwe technologie.
Bron: Dagblad de Limburger