In de komende weken stuurt minister van Landbouw Schouten een brief naar de Tweede Kamer waarin ze bepleit om te experimenteren met CRISPR-Cas.
In juli oordeelde het Europese Hof van Justitie nog dat deze methode onder de strenge regels van genetische modificatie valt. Schouten betreurt dit, omdat het verduurzaming van de sector kan versnellen.
Veredelaars op achterstand
In landen als de VS en Japan valt CRISPR-Cas niet onder genetische modificatie en kunnen veredelaars sneller nieuwe rassen ontwikkelen en vermarkten. Daardoor zien we in Nederland al dat onderzoeksopdrachten en R&D-afdelingen worden verplaatst buiten Europa.
Wat is CRISPR-CAS ook alweer?
Bij CRISPR-CAS vereenvoudigt het proces van klassieke veredeling. Gewassen worden verbeterd door zwakheden uit het dna te ‘knippen’. In tegenstelling tot genetische modificatie vindt bij deze methode geen vermenging plaats met dna van andere soorten. Met die toevoeging kwam CRISPR-Cas ook in het regeerakkoord.
Steun vanuit de sector
Wetenschappers van de WUR juichen het initiatief van Schouten toe en hopen dat de minister ervoor kan zorgen dat de CRISPR-Cas op de uitzonderingslijst komt bij de Europese Commissie. Ook Jan Veltmans, bestuurslid bij LLTB vindt dit een zeer positieve ontwikkeling. “Dit is een honderd procent veilige techniek waarmee we de weerbaarheid van gewassen in een veel hoger tempo kunnen vergroten. Denk aan gewassen die niet vatbaar zijn voor bepaalde ziekten, of beter tegen droogte of juist tegen veel vocht kunnen. Belangrijk voor de sector, zeker nu we meer en meer te maken krijgen met klimaatverandering.”
Provincie ziet kansen
Limburgs gedeputeerde van landbouw, Hubert Mackus, ziet eveneens heil in de innovatieve methode. “Met deze technologie kunnen we snelheid maken in verduurzaming van de landbouw. Limburg is met afstand 's lands grootste producent van zaden en uitgangsmaterialen en dit is dus ook juist hier van belang. Daarom onderschrijf ik de mening van Minister Schouten: laten we de mogelijkheden onderzoeken om te experimenteren. Zorgvuldigheid en veiligheid staan uiteraard voorop, maar als we daar voldoende waarborgen voor kunnen inbouwen, zie ik het als een geweldige kans.”
Bronnen: Volkskrant, WUR