Dit maakt het Nationaal Strategisch Plan belangrijk voor boeren

Datum van item

30 september 2021

Categorie van item:

Nieuws

Aantal likes:

Aantal reacties:

0 reacties

Aantal weergaven:

42x bekeken

De Tweede Kamer debatteert vandaag over de Nederlandse invulling van het Nationaal Strategisch Plan. Dat gaat onder meer over de financiële ondersteuning die boeren kunnen krijgen voor hun duurzaamheidsinzet, naast de basisinkomenssteun.

Met het Nationaal Strategisch Plan (NSP) geven Europese lidstaten aan hoe zij zelf willen voldoen aan Europese verplichtingen uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). De nieuwe invulling daarvan wordt vanaf 1 januari 2023 van kracht. Ook geven lidstaten aan hoe zij tegemoet willen komen aan de uitdagingen van de Green Deal, de boer-tot-bordstrategie, de Europese biodiversiteitsstrategie en het Klimaatakkoord.

Alle doelen moeten in samenhang aan de orde komen, afhankelijk van de behoeften van de lidstaat. Daarin is de lidstaat niet helemaal vrij, het GLB kent een aantal Europese vereisten. Bovendien heeft de Europese Commissie aan elke lidstaat een aantal aanbevelingen gedaan. Anders dan voorheen zal in het nieuwe GLB de lidstaat vooral afgerekend worden op het leveren van prestaties.

Schouten wil boeren belonen

Schouten schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat zij het GLB wil inzetten om agrarische bedrijven toekomstbestendiger te maken en boeren te belonen voor maatschappelijke prestaties ten aanzien van de genoemde uitdagingen. Zo kan de sector bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit van lucht, bodem en water, de aanpak van klimaatverandering en het herstel van biodiversiteit.

Subsidies worden daarbij meer dan voorheen gericht ingezet om agrariërs, die zich inspannen om de omslag te maken naar een nieuw soort landbouw, te belonen en te stimuleren. Bij de hervorming van het GLB is het accent meer komen te liggen op doelgerichte betalingen voor investeringen in klimaat en leefomgeving en minder op basisinkomenssteun.

Puntensysteem

Boeren kunnen als ze aan de voorwaarden voldoen in het nieuwe GLB op drie manieren Europese inkomenssteun krijgen; de basispremie per hectare, door deelname aan de ecoregelingen en door agrarisch natuur- en landschapsbeheer. In Nederland wordt gekeken naar een puntensysteem voor ecoregelingen en de bijdrage die boeren en tuinders leveren aan het voorkomen van klimaatverandering. Dat doen ze door minder broeikasgassen uit te stoten en door het verbeteren van de bodem, het water en het landschap.

In dit systeem moet de boer een minimaal aantal punten realiseren voor elk van de doelen: biodiversiteit, bodem, water, klimaat en landschap. Afhankelijk van het behaalde aantal punten wordt er betaald op goud-, zilver- of bronsniveau. Met het puntensysteem is het ook mogelijk om regionale accenten aan te brengen. Biologische landbouw voldoet automatisch aan het niveau goud.

De invulling van de ecoregelingen staat nog niet vast, maar er wordt onder meer gedacht aan het zaaien van rustgewas, een eiwitgewas, langjarig grasland, strokenteelt, een lagere veebezetting per hectare en houtige landschapselementen als houtwallen. Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft een lijst opgesteld met mogelijke ecoregelingen en deze lijst wordt mogelijk nog uitgebreid.

Vrijwillige deelname

Met deze subsidies en de daaraan verbonden voorwaarden wil de overheid proberen de omslag naar toekomstbestendig boeren en kringlooplandbouw te bevorderen. Maar deelname aan het GLB is vrijwillig voor de boer en niet vanzelfsprekend. Als boeren de inzet voor deelname te hoog vinden ten opzichte van de baten zullen ze niet deelnemen. En andersom; als de gevraagde inzet te laag is, dan worden de beleidsdoelen van de overheid niet gehaald. Schouten spreekt daarbij van een 'delicate balans'.

De minister stelt daarom dat bij de invulling van het NSP ook aandacht moet zijn voor zekerheid, zodat boeren vooruit kunnen plannen en bouwen aan een toekomstbestendig verdienmodel. Dat moet rendabel, duurzaam en inpasbaar in het boerenlandschap zijn.

Prioriteiten en ecoregelingen

De minister wil in het NSP prioriteit geven aan de uitdagingen op het gebied van klimaat en bodem, stikstof, water, biodiversiteit, landschap, dierenwelzijn en de positie van de boer, zowel financieel als in de keten. En dan bij voorkeur zoveel mogelijk in een gebiedsgerichte aanpak.

De Tweede Kamer kan in debat over de gestelde doelen en de verdeling van het beschikbare GLB-budget. De tijd die de Kamer voor deze klus krijgt, is beperkt. Het conceptplan zal de komende maanden vorm moeten krijgen, want de deadline voor indiening in Brussel is uiterlijk eind dit jaar.

Bron: nieuweoogst