Voor ieder gewas een ultiem groeirecept

Datum van item

25 april 2018

Categorie van item:

Praktijkverhalen

Aantal likes:

Aantal reacties:

0 reacties

Aantal weergaven:

200x bekeken

Het begint tien jaar geleden met een zeecontainer, waarin LED-lampen gemonteerd worden op stellingen. Bladgroenten kunnen daarmee het jaar rond in lagen worden geteeld, zo is het idee. De LED-technologie is dan nog niet zo efficiënt, maar ondernemers Peter Christiaens, René van Haeff en Michel la Crois zien het potentieel. Met diverse partners zoals Van Dijck Groenteproducties, lidteler bij telersvereniging Fossa Eugenia, wordt volop geëxperimenteerd met gewassen als spinazie en slasoorten. Zo kan Light4Food de broodnodige kennis van het telen in een indoor omgeving opdoen. Licht, klimaat en lucht worden in een computergestuurde omgeving in optimale balans gehouden. De eerste indoor growing faciliteit is geboren.

Mobiele Klimaat Kamer te huur

Deze innovatie levert veel interesse op, vooral vanuit bedrijven in de zaadveredeling. De initiële investering voor een vaste opstelling is echter hoog en dat weerhoudt bedrijven nog. Ook hiervoor bedenken de ondernemers een oplossing: ze ontwikkelen een Mobiele Klimaat Kamer om te huren voor plantkundig onderzoek naar de mogelijkheden van indoor growing.

In de jaren die volgen gaat huur al snel over in koop. Vooral zaadveredelaars in binnen- en buitenland willen zo’n Mobiele Klimaat Kamer voor eigen plantkundig onderzoek. De meest bijzondere levering is wel aan het Ciris in Noorwegen, waar de Mobiele Klimaat Kamer voor het International Space Station (ISS) bestemd is. Groente kweken op Mars: ook dat is mogelijk.


Eerst groene vingers

Light4Food mag dan een technisch bedrijf zijn, maar het begint toch echt bij de groene vingers. Dat is de reden voor hun succes, zo vertelt Van Haeff. “Veel bedrijven beginnen vanuit de techniek. Maar je hebt niets aan techniek als je niet weet wat de plant nodig heeft. Daarom hebben wij plantkundigen in ons bedrijf die samen met onze opdrachtgever kijken naar de specifieke kenmerken en behoeften van een bepaald gewas. Met die informatie kun je belichting, klimaat en voeding aanpassen en de efficiëntie vergroten.”

“je hebt niets aan techniek als je niet weet wat de plant nodig heeft”

Zelf onderzoeken en engineeren

Light4Food blijft dan ook zelf investeren in eigen plantkundig onderzoek, naast het bouwen van installaties. Van Haeff vertelt waarom: “Ieder gewas vereist weer andere lichtspectra, klimaatvereisten, luchtbeweging en voeding. Voor elk gewas gaan we op zoek naar het juiste plantkundige groeirecept en in welke installatie dit groeirecept het beste tot zijn recht komt, het technische groeirecept. Door dit zelf te onderzoeken, kunnen we betere producten ontwikkelen.” Zo onderzoeken de plantspecialisten ook het ideale groeirecept voor hoge draadgewassen, zoals komkommers en tomaten.

Christiaens legt uit: “Een tomatenplant is natuurlijk veel groter dan een slaplantje en produceert meer vocht. Dat vraagt om bijvoorbeeld een andere lichtverdeling en luchtbeweging. Al onze bevindingen leiden tot een nieuw soort installatie.”

De eerste testinstallatie voor indoor growing van hoge draadgewassen is nog gebouwd in een voormalige spuitcabine, binnenkort kan een meer geavanceerd exemplaar gebouwd worden.

Extreem klimaat als kans

Voordelen van de nieuwe oplossing liggen vooral in de efficiëntieslag. Van Haeff: “De veredelingscyclus kan hiermee aanzienlijk verkort worden, de teeltkwaliteit is stabieler door optimale groeicondities en de teelt verloopt zeer duurzaam door recirculatie en regeneratie van warmte en water. Dat zijn belangrijke kostencomponenten voor de tuinbouw.” In eerste instantie bedient Light4Food hiermee veredelingsbedrijven in Nederland. Later zullen ook landen met extreme klimaatomstandigheden in beeld komen voor productieteelt, zoals Rusland en Saoedi-Arabië. De reputatie van Nederland zorgt ervoor dat de markt hen vanzelf weet te vinden.

Christiaens: “Je kunt je wel voorstellen hoe belangrijk het is om in woestijngebied zonlicht en water te kunnen opvangen en hergebruiken. In landen met extreme kou wil je heel energiezuinig kunnen verwarmen. Omdat je in een gecontroleerde omgeving kunt telen, neem je veel onzekerheid weg en voeg je continuïteit toe.”

Indoor growing niet overal en altijd

Toch realiseren de ondernemerspartners zich dat indoor growing niet altijd de beste oplossing is. Van Haeff: “Voor meer generieke gewassen als aardappels en graan is en blijft buiten telen een prima manier, zeker in West-Europa. Dat is ook wat we steeds bekijken met onze partners en opdrachtgevers: wanneer wordt het interessant en hoe komen we daar?” Efficiënter produceren en minder verspillen zien ze overigens als thema’s die op álle agrofood van toepassing zijn.

Christaens: “Daarin ligt de oplossing van het wereldvoedselprobleem. Er wordt nog zo veel verspild in alle fasen van boer tot bord, er is nog een wereld te winnen.”


Vrij denken én implementeren

Pratend met Van Haeff en Christiaens wordt al snel duidelijk: innovatie zit deze mannen in het bloed. Leren innoveren kan niet, geloven ze allebei. Christiaens: “Je moet een soort hippie zijn, vrij durven denken. Als je alleen maar beren op de weg ziet, kom je nergens.” Tegelijkertijd geloven ze wel dat je innovatie binnen je bedrijf kunt aanjagen. Van Haeff: “We hebben een wekelijks overleg met alle medewerkers, waarbij we terugkijken op projecten en bespreken wat we nog kunnen verbeteren. Zo creëren we een cultuur van voortdurend doorontwikkelen.”

En alleen maar innoveren kan ook niet, weten ze inmiddels. “Als je alleen maar nieuwe ideeën wilt bedenken en de implementatie laat liggen, kun je geen gezond bedrijf bouwen. De kunst is een goede balans te vinden.”

Innovatietips

De ondernemers hebben drie tips voor innovatiegezinde bedrijven in de agrofood sector.

  1. Combineer jong talent met oude rotten in het vak. “We hebben een aantal pensionado’s in dienst die tientallen jaren ervaring hebben met bijvoorbeeld belichting en teelt, luchtbehandeling of machinebouw. Dat is heel waardevol als je een nieuw idee in de praktijk wilt kunnen testen en er een echt product van wilt kunnen maken. De jonge generatie is juist weer supersnel met computertechnologie.”
  2. Zoek geschikte partners en gun elkaar iets. “Probeer niet alles zelf te doen, samen kom je veel verder. Het uitgangspunt moet wel zijn dat je elkaar wat gunt en kennis vrij deelt. Je komt er vrij snel achter wanneer dat kan. Brengen en halen moet in balans zijn.”
  3. Innoveer vanuit een vraag of een behoefte. “Innoveren zonder vraag heeft geen zin, dan wordt het een gimmick. Verdiep je in de markt, praat met mensen en ontdek de vraagstukken die er leven.”