Is hij een boer? Een kok? Een slager? Een winkelier? Ja, ja, ja en ja. Coenraad Reinders is het allemaal. Samen met partner Sanne Reinders-Essers runt hij Heerdeberg, een landgoed van 17 hectare in Cadier en Kier, onder de rook van Maastricht. Er worden varkens, runderen en ganzen gehouden, waarvan het vlees op het menu staat in het restaurant en wordt verkocht in de eigen slagerswinkel. Moeder José is de drijvende kracht achter de Buurderij Cadier en Keer, waar consumenten zuivel, groenten, brood en andere voedingsmiddelen van regionale producenten aanschaffen. Er is een voedselbos aangeplant, in de grotten worden binnenkort champignons en witlof geteeld en er staat een permacultuur wijngaard op de planning. Kortom: korte keten- en kringlooplandbouw pur sang. De Kiempunt-redactie is nieuwsgierig: wat beweegt deze agrofood ondernemer om op zoveel fronten te opereren?
Na een studie automotive is voor Coenraad duidelijk: dit wordt het niet voor mij. Hij wil naar buiten en met dieren werken in plaats van motoren. Hij schaft een paar varkens aan en laat ze lekker rondscharrelen op het landgoed. Het vlees verkoopt hij in een klein winkeltje. “Ik dacht er niet zo over na, ik deed het gewoon. Ik ben niet iemand die alle mogelijke scenario’s gaat verkennen en dan een besluit neemt. Ik begin en kijk dan wel wat er gebeurt. Pas toen ik tot vijfsterren-varkensboer door Varkens in Noord werd uitgeroepen en tot een van de 100 food changemakers in Nederland, realiseerde ik me: blijkbaar doe ik wel iets goed en valt het op.” Het typeert zijn stijl van ondernemen: zonder angst, zonder backup plan. Mét volle overtuiging en een enorme dosis energie.
Boer en kok tegelijk
Sinds 2,5 jaar is Coenraad steeds meer in de keuken te vinden. “Tussen 7.00 en 10.00 uur ’s morgens ben ik op het land aan het werk. Dieren verzorgen, land bewerken, hekwerk maken, noem maar op. Daarna sta ik de rest van de dag in de keuken van ons restaurant. Tussentijds ontsnapt er nog wel eens een varken of zo, dan moet ik even weg. Weken van 100 uur zijn geen uitzondering, maar als je 27 bent, dan kun je dat hebben.” Doel is om binnen 10 à 15 jaar vrijwel volledig zelfvoorzienend te zijn. Sanne vult aan: “We hebben alleen nog geen eigen koffie, brood, zuivel, vis en wijn. Wijn is het eerstvolgende waar we aan gaan werken. Ik volg nu een sommelier-opleiding en we gaan een permacultuur wijngaard aanleggen die over 5 à 6 jaar oogstklaar is. Nu lachen mensen ons nog uit. Maar let maar eens op: door de wijnstokken samen met bepaalde kruiden te laten groeien, heb je weinig tot geen bestrijdingsmiddelen nodig en hebben wij straks onze eigen duurzaam geproduceerde wijn!”
Permacultuur en voedselbos
Specialist Taco Blom brengt zijn kennis van permacultuur in en werkt enkele dagen per week mee op het landgoed. Er is onder zijn hoede een groente- en kruidentuin aangelegd volgens de principes van permacultuur. Dat betekent: geen bestrijdingsmiddelen, maar de omgeving slim inrichten zodat de plagen door de natuur zelf worden aangepakt. De Bonte Bentheimers leveren verder de mest, eten de groenteresten en ploegen de grond om. In de tuin bovenop het plateau staat onder andere bosaardbei, kweepeer, artisjok, selderij, bloemkool en rabarber, Chinese spinazie en vele kruiden.
Het vee wordt regelmatig verplaatst, zodat steeds begraasd, bemest en omgewoeld wordt waar nodig.
Coenraad: “Ik mis de kennis en de ervaring die Taco heeft, dus het is geweldig om met hem samen te werken, hij weet echt de gekste dingen! Hij verzorgt een jaarlijkse opleiding Permacultuur op het landgoed, zodat ook anderen de principes kunnen toepassen. We willen graag dat meer mensen deze manier van voedsel verbouwen gaan ontdekken.”
Naast een tuin is er ook een voedselbos aangelegd met ruim 1.000 bomen. Coenraad: “Dat is een kwestie van geduld. Over 10 tot 13 jaar zullen we hier volop noten en vruchten van kunnen oogsten. Nu is het vooral de natuur zijn werk laten doen en het bos laten groeien. We keren de situatie om: bosgrond wordt niet gekapt en tot landbouwgrond gecultiveerd, maar we laten landbouwgrond weer upgraden tot natuur. De bodem zal mettertijd rijker worden met micro-organismen en natuurlijke cycli ontstaan dan weer. Uiteindelijk komt daar ook wild op af, dan kan hier zelfs weer gejaagd worden!”
Taco Blom in de permacultuur moestuin
Ander vlees
Een varken leeft op Heerdeberg twee tot drie keer zo lang als in de reguliere vleessector. “Het heeft bijna de kleur van rundvlees en de smaak is niet te vergelijken met een hamlapje uit de supermarkt. Omdat we produceren voor een nichemarkt en ik niet te maken heb met tussenhandel, kunnen we voor dat kwaliteitsvlees een relatief hoge prijs hanteren. Dankzij het restaurant kunnen we de consument ook het complete verhaal vertellen en laten kennismaken met minder courante delen van het dier.” Na een slagersopleiding te hebben gevolgd, wil Reinders zijn slagerswinkel aanpassen zodat er grote ketels kunnen staan en er complete karkassen kunnen hangen. Op die manier is er ruimte voor het maken van eigen producten als paté en pastei.
Sanne: “Het was in de eerste jaren echt een gevecht. Ons concept was nog in ontwikkeling en lang niet iedereen begreep wat we wilden. En laten we eerlijk zijn, Limburg loopt ook niet altijd voorop als het gaat om dit soort dingen. Maar hoe frustrerend dat ook was, we hielden vast aan onze overtuiging en ons verhaal. We hebben in onze presentatie een publiek weten aan te trekken dat juist kon waarderen wat we doen. Laatst hebben we het event Butcher’s Paradise georganiseerd, waarbij een compleet varken werd uitgebeend. We lieten mensen de hersenen als amuse proeven. Dat was wel even spannend, maar het viel in goede aarde. Een volgende stap is het ook echt op de kaart zetten van incourante delen, bijvoorbeeld beenmerg. Het is logisch dat mensen moeten wennen aan een andere manier van omgaan met voedsel. Gelukkig zien we dat jonge gezinnen ook hun kinderen hier bewust van maken. Zo groeit een nieuwe generatie op, die kiest voor duurzaam en gezond.”
Oude methodes
Met de kennis van Blom en de frisse blik van Reinders, ontstaat weer volop ruimte voor het inzetten van oude landbouwmethoden. Niet uit nostalgie, maar uit praktische overwegingen: het is gewoon gemakkelijker om de natuur voor je te laten werken. “Vroeger werden grotten gebruikt voor het verbouwen van champignons en witlof, omdat daar de ideale omstandigheden waren: donker en vochtig. Dat gaan wij ook weer doen. Ploegen laat ik over aan de varkens. Ganzen eten de fruitvliegjes op. Veevoer gaan we inkuilen zonder plastic te gebruiken. Een boom laten we gerust scheef groeien, na 20 jaar is ie sterker en groter dan als je had ingegrepen. Onkruid wieden doen we niet, we maken combinaties van gewassen die onkruid tegengaan of zetten het vee in. We zijn gestart met het verbouwen van ons eigen veevoer. Uitgangspunt is dat we alles willen gebruiken, van het dier en van het land. Het rendement is nog onzeker, we staan nog maar aan het begin. Het heeft nog 20 à 30 jaar nodig om te volgroeien en dat is niet erg. Als ik tegen die tijd over het landgoed uitkijk en het zie floreren, kan ik zeggen: dit hebben wij voor elkaar gekregen, gewoon door de natuur zijn gang te laten gaan! Over 80 jaar groeit en bloeit dit landgoed grotendeels uit zichzelf. Dan ben ik er niet meer, maar dan laat ik iets heel moois na voor komende generaties.”
Help boeren te switchen en consumenten te kiezen
Ondanks Coenraads positieve kijk op de toekomst, begrijpt hij heel goed dat grootschalige bedrijven die al langer actief zijn en grote investeringen hebben gedaan, niet zo makkelijk kunnen switchen naar kringlooplandbouw. “Ik geloof niet dat die 700 boeren echt willen stoppen, ze zien alleen geen alternatief. In plaats van die boeren uit te kopen, zou de overheid ze ook financieel kunnen helpen de transitie mogelijk te maken. Dan krijgen we in Nederland sneller meer bedrijven die aan kringlooplandbouw doen. Daarnaast zal er iets in de keten moeten veranderen. Zou het niet mooi zijn als lokale boeren leveren aan lokale supermarkten en dat de consument ook echt ziet van welke boer de aardappels en het vlees in het schap liggen? Dan kan de consument makkelijker zijn macht uitoefenen met de keuzes die hij maakt. Ik weet dat het complex is, maar we moeten de discussie erover voeren als we willen dat dingen veranderen.”
Innovatietips van Coenraad Reinders
- Kijk en luister niet te veel naar anderen en zeker niet naar doemscenario’s. Begin gewoon, dan ontdek je vanzelf wel wat er op je pad komt.
- Accepteer dat de natuur onvoorspelbaar is. Soms verlies je van de natuur, dat hoort erbij.
- Kijk goed naar wat er om je heen gebeurt, vooral naar consumentengedrag. Zo zijn we gestopt met onze maandelijkse streekmarkt, omdat de consument overvoerd werd met streekmarkten en steeds minder ging afnemen. Nu organiseren we 4 keer per jaar een groter event.
- Tegenslag ga je krijgen, maar houd vol. Blijf achter je eigen filosofie staan en zoek naar de doelgroep die dat wél begrijpt en waardeert.